MARE LIBERUM

‘Mare Liberum’, de leerlingenvereniging van de Kweekschool voor de Zeevaart, werd opgericht in 1945. Het doel van de vereniging was tweeledig: bevordering van de band tussen de kwekelingen en versoepeling van de strenge Kweekschoolregels. Initiatiefnemer Gerard van Klingeren (jvi 1943) werd de eerste voorzitter.

Activiteiten: ontspanning en feesten
Toenmalig commandant Van der Hiel toonde zich onmiddellijk enthousiast over de oprichting van een leerlingenvereniging, en ook de commissarissen van het Vaderlandsch Fonds toonden zich ingenomen. Mare Liberum kreeg daardoor al direct na haar oprichting de beschikking over de gymzaal en de Reüniezaal voor wekelijkse ontspanningsavonden. Begin jaren zeventig kwam een ruimte in de kelder van de zeevaartschool aan de Foeliedwarsstraat beschikbaar, alwaar onder de naam ‘Beatkelder’ ook een recreatieruimte annex bar werd ingericht. Als onderdeel van de grootscheepse verbouwing van de Kweekschool werd in de jaren tachtig een nieuwe recreatieruimte ingericht in de voormalige grote slaapzaal. De nieuwe ruimte verving niet alleen de Reüniezaal, maar vanaf 1985 ook de Beatkelder, en werd nu voorzien van een bar met een heuse biertap; in 1991 kreeg die bar de naam ‘The Seven Seas’.

Op 6 december 1945 vond met groot succes de viering van het Sinterklaasfeest plaats, en op 1 maart 1946 werd het eerste ‘Maartfeest’ gehouden. Deze beide feesten zouden jarenlang hoogtepunten vormen binnen het verenigingsleven. En hoewel in 1970 het Sinterklaasfeest plaats maakte voor een jaarlijkse dansavond werd het jaren later weer in ere hersteld, inclusief film, speculaas en bisschopswijn.

Het grootste feest was echter heel lang het Maartfeest. Ter voorbereiding daarvan toverden creatieve kwekelingen de sfeerloze gymzaal om tot een sprookjesachtige omgeving. Zij lijmden enorme rollen papier aan elkaar en beschilderden deze. Zo ontstonden de meest fantastische decors, die op de feestgangers een diepe indruk maakten. Ook gingen de Maartfeesten altijd vergezeld van een programmaboekje, dat van 1981 vindt u hier.

Na verloop van tijd stopte Mare Liberum met de organisatie van het Maartfeest. In 1993 werd echter met een heus ‘Galafeest’ de draad weer opgepakt, dit vond plaats in de Trompzaal van het tegenover de Kweekschool gelegen Scheepvaartmuseum. Ook het jubileumjaar 1995 werd opgeluisterd met een Galafeest, dit keer in het Koninklijk Instituut voor de Tropen.

Activiteiten: sport en nog meer feesten
De oprichting van Mare Liberum gaf de sportbeoefening aan de Kweekschool een enorme boost. De sportcommissie van de vereniging organiseerde niet alleen de nodige sportactiviteiten, maar bevorderde ook dat daaraan zo veel mogelijk kwekelingen deelnamen. In de jaren vijftig organiseerde de sportcommissie jaarlijks een toernooi tussen de verschillende zeevaartscholen, waarbij gestreden werd om prijzen in diverse sporten: zwemmen, roeien, hockey, basketbal en voetbal. Zo’n toernooi werd afgesloten met een groot feest in hotel Krasnapolsky. Naar verluidt liep dat feest ‘traditiegetrouw’ flink uit de hand, reden waarom het na enkele jaren werd afgeschaft.

Vanaf het begin van de jaren tachtig werd voorts jaarlijks deelgenomen aan het BAVO-toernooi, waarbij BAVO stond voor basketbal en volleybal. Dat toernooi vond gedurende een weekend afwisselend plaats in Maastricht, Leeuwarden, Breda en Den Helder, met deelname van in die steden gevestigde hogescholen en militaire opleidingsinstituten. Ook dit toernooi ging traditioneel vergezeld van een ‘daverend’ feest.

En natuurlijk nam Mare Liberum ook met een eigen sloep deel aan diverse roeiwedstrijden, waaronder de jaarlijkse Amsterdamse Grachtentocht.

Bestuur
Het bestuur van Mare Liberum telde gemiddeld vijf personen: een voorzitter, secretaris, penningmeester, toneelcommissaris en sportcommissaris. In 1979 deed een barcommissaris zijn intrede nadat drie jaar eerder de functie van toneelcommissaris was geschrapt. Het bestuur vergaderde in het ‘bestuurshok’ onder de trap in het voorgebouw of in de bibliotheek op het entresol van de Reüniezaal en later ook in de Beatkelder. Met de verkoop van het voorgebouw in 1990 raakten de bestuursleden hun vergaderruimte kwijt en kregen de beschikking over de oude keukenopslag, die in 1991 officieel als bestuurskamer in gebruik werd genomen.

Geregeld vond overleg plaats tussen het bestuur van Mare Liberum en de leiding van de Kweekschool, ter bespreking van allerhande zaken die binnen de Kweekschool speelden. In de eerste helft van de jaren zestig was er zelfs een wekelijks gesprek van de voorzitter met de commandant. Deze contacten waren door de jaren heen overwegend goed, zij het nadrukkelijk minder tijdens de woelige jaren 1968-1970.

Het bestuur van Mare Liberum beschikte over een eigen kas. Dankzij de sponsorbereidheid van met name rederijen had deze doorgaans weinig te lijden onder de organisatie van feestavonden en sportevenementen.

Publicaties
Mare Liberum heeft in de loop van haar bestaan twee schoolkrantjes uitgegeven. Het eerste nummer van het eerste krantje, ‘De Grommer’, verscheen op 5 november 1945; in 1947 verscheen echter al het laatste nummer. In het begin van de jaren zeventig werd een poging gedaan opnieuw een krant uit te brengen, verder dan enkele stencils kwam de redactie echter niet. Maar onverwachts zag in 1985 een nieuw krantje het licht. Dit blad, met de naam ‘Kaatje’, leek in het geheel niet op zijn voorganger uit 1945. Het eerste nummer telde slechts enkele velletjes tekst, die werden gekopieerd en onder de kwekelingen verspreid. Het blad bevatte informatie over verenigingsactiviteiten, verslagen van feesten en toernooien en artikelen over de scheepvaart. Populair was de rubriek ‘In het ruim van Kaatje wordt gefluisterd dat…’, waarin roddels en opmerkelijke gebeurtenissen binnen het internaat op humoristische wijze werden opgedist. ‘Kaatje’ werd tot het eind van de jaren negentig uitgebracht.

In 1990 bracht Mare Liberum voor het eerst een ‘smoelenboek’ uit, dat werd tot de sluiting van de Kweekschool een jaarlijkse uitgave.

Bij het vijftigjarig bestaan van de vereniging in 1995 gaf Mare Liberum het jubileumboek ‘Wereldwijd Wereldwijs’ uit, zie ook hier. Hierin werd per periode van vijf jaar een beeld geschetst van de vereniging en van het ‘kwekelingenbestaan’ tijdens de periode. Deze periodebeschrijvingen werden afgewisseld met hoofdstukken over een aantal specifieke onderwerpen. Op 22 juli 1995 werd het eerste (proef-) exemplaar van het jubileumboek overhandigd aan eerste voorzitter Van Klingeren.

De opheffing van de Kweekschool voor de Zeevaart betekende in 2000 ook het einde van Mare Liberum. Het verenigingsarchief werd overgedragen aan de Vereeniging van Oud-Kweekelingen, en werd in 2007 als onderdeel van het VOK-archief ondergebracht in het Stadsarchief Amsterdam, zie hier.

Bronnen:
Stadsarchief Amsterdam, Inventarisnummer 30194, onderdeel 4.1; archief Mare Liberum
N.D.B. Habermehl – Beschrijving van het archief van Mare Liberum; tevens gepubliceerd in het ter gelegenheid van het 90-jarig bestaan van de VOK uitgegeven jubileumboekje ‘Negentig jaar VOK-geschiedenis’
Wereldwijd Wereldwijs; jubileumboek Mare Liberum 1945-1995
N.D.B. Habermehl – De Kweekschool voor de Zeevaart en de Hogere Zeevaartschool Amsterdam als instellingen voor beroepsonderwijs; in ‘Tot een rechtschapen en kloek zeeman toe te rusten 1785-1985’, jubileumboek tweehonderd jaar Kweekschool voor de Zeevaart
K. Polderman, J.C.C. de Ruiter (samenstellers) – ‘En gy, o lieve kweekelingen!’, jubileumboek ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van de VOK.